Algemeen:

William, een bedachtzame Divine Soul Sorcerer. Hij ziet eruit als een jaar of 45-50, maar zijn herinneringen gaan niet verder terug dan de laatste 5 jaar. Voor hij zich aansloot bij de rest van de groep was hij de helpende hand bij Willow’s Witte, de lokale wasserette.

Voorkomen:
  • Man, van rond de 50 jaar oud
  • Circa 1,80m lang
  • Halflang bruin haar
  • Vriendelijk gezicht, voorzien van een volle baard
  • Helder grijze ogen, die zelfs bijna licht lijken te geven
  • Kleding: simpel, wit gewaad/mantel, voorzien van een touw rond de middel
  • Amulet rond zijn nek hangen, wat lijkt op een klauw van een beer
  • In zijn hand een houten ‘quarterstaff’ en een dolk aan het touw gebonden
Opvallende kenmerken:
  • Als William zijn magie gebruikt, gaan zijn ogen daadwerkelijk licht geven en zweeft hij enkele centimeters boven de grond
  • Slaat zo nu en dan vleugels uit, vooral op moment van gevaar. Voor William zelf is dit ook een nieuw fenomeen

Deze eigenschappen lijken haast ‘onmenselijk’ te zijn. En het doet vermoeden, dat William niet volledig ‘Human’ is…

Achtergrondverhaal:

William is in Willowgarden bekend van “Willow’s Witte”. Hier helpt hij Miah in de wasserette. Wie William een beetje kent, weet dat hij erg rustig is en altijd bereid is te helpen. Zo is hij ook mee op pad gegaan, om de vermiste dorpsgenoten te vinden.
Door mee op reis te gaan, hoopt William meer over zichzelf en zijn magie te weten te komen.

Zijn amulet lijkt een belangrijk item voor hem. En als je hem zou vragen, wat het symboliseert. Zou hij het volgende zeggen:
“Het heeft waarschijnlijk te maken, met mijn afkomst. Bij mijn magie merk ik, dat het amulet mij erbij helpt. Waar het precies vandaan komt, weet ik niet. Maar voor mezelf heb ik aan elke ‘vinger’ een betekenis gegeven:
1. Ik zal anderen helpen, zo goed als ik kan.
2. Verloochen je ware ik niet.
3. Iedereen is gelijk.
4. Bewonder en respecteer de wereld om je heen, alles heeft een functie.
5. Ik ben sterfelijk, daarom nederig en dankbaar.
De daadwerkelijke betekenis hoop ik nog eens te achterhalen.”

Extra Info:
Miah: 72 jaar oude weduwe en eigenaresse van Willow’s Witte Wasserette. Verweerde donkere huid, loopt een beetje krom, maar praat met een sterke stem. Zwart haar met veel witte en grijze lokken erin. Ze heeft een sterke wil en verwacht van William dat hij hard werkt. Ze is echter ook zachtaardig en kan veel van hem hebben en is hem eeuwig dankbaar. Door hem bij haar te laten wonen hoopt ze haar ‘schuld’ bij hem te betalen, en hoopt dat hij ooit zichzelf terugvindt.

Het achtergrondverhaal begint ongeveer 50 jaar geleden, Luuk werkte in de wasserij “de zuivere zon” van zijn vader en moeder in Regana. De vader van Luuk werd vrolijk “de witte” genoemd, omdat hij rond zijn 25e all spierwit haar had. Na een tijdje wilde Luuk de mensen in de wereld helpen met zijn kunnen. Willowgarden leek de perfecte plek. Hier opende hij “Willow’s Witte”. Luuk kreeg een goed lopende zaak en werkte vele uren. Op een dag kwam er een opvallende dame binnen, ze bleek later Miah te heten. Het was liefde op het eerste zicht!
Miah kwam uit een gezin, dat naar Willowgarden was gekomen om een nieuw bestaan op te bouwen. Haar ouders waren vriendelijk en dankbaar voor de opvang in het dorp en hielpen op hun beurt weer anderen, waar ze konden.
Al snel hadden Miah en Luuk wat afspraakjes en van het een kwam het ander. Ze trouwden, gingen samen de wasserette runnen en hadden het geluk een zoon te krijgen, Hendrik. Hun geluk kon niet meer stuk. Hendrik groeide op in een liefdevol huis, bij hardwerkende ouders. Op school was hij een populaire jongen en wist meestal ruzies te voorkomen, door zijn tactische opmerkingen. Hendrik groeide op tot een sterke en intelligente knaap, die uiteindelijk het nest uit vloog om te gaan werken in de hoofdstad Gavna. Hendrik is inmiddels 45 en werkt op het paleis van de Gouverneur in Gavna.
Enkele jaren later werd Luuk ziek, het zware werk begon zijn tol te eisen en hij takelde snel af. Ze moesten de wasserette op een lager pitje zetten en Miah had veel zorgen aan Luuk. Uiteindelijk overleed Luuk in zijn slaap en Miah bleef alleen achter. Ze runde de wasserette op haar eigen tempo. Zo nu en dan kwam Hendrik langs, als hij verlof had. Maar hij klom op in het leger en het was lastiger om regelmatig langs te komen. De brieven die hij stuurde, werden ook steeds schaarser.
Ondanks alles, is Miah altijd opgewekt en is blij met het gelukkige leven dat ze heeft. Ze koestert de herinneringen en telt haar zegeningen. Doordat ze de wasserette runt, heeft ze een verweerde huid en loopt ze wat krom. Echter is ze voor haar 72 jaar nog scherp van geest. En haar vriendelijke lach en zwarte haar (waar inmiddels toch al wat plukken grijs in komen), laten haar jonger overkomen dan ze is.
In William vind ze weer een soort van zoon om voor te zorgen en ze verwacht dat hij veel meehelpt in de wasserette. Maar ze weet ook, dat William toch een keer op zoek zal gaan naar zijn verleden. Vooral nu hij met magie bezig is, zal het niet lang duren voordat ook hij zal uitvliegen… William is ook een van haar zegeningen geworden en ze geniet er zoveel mogelijk van om samen in de wasserette te werken.
** Dit is waar het avontuur begint, bij sessie 1 **

Meta-gaming, achtergrond:

Het verhaal, vanuit William zelf verteld:
Ik word wakker in een chaotisch tafereel. Om me heen vallen meteorieten uit de lucht en zijn er gevechten gaande. Het lijkt er op, dat de strijd al ver voorbij is (na 5 lange jaren). Ik heb geen idee wie ik ben en hoe ik daar ben beland. Een gil, ik kijk op. Vlakbij vlucht een weerloze vrouw voor een Fallen Aasimar. Er begint een onbekend gevoel in mijn lichaam te tintelen, “Ik moet die vrouw redden”. Deze onbekend energie komt uit mijn lichaam en verslaat de achtervolger, daarna val ik flauw.
Een hele tijd later kom ik pas weer bij, in het huis van die vrouw. Ze verzorgt mij. Ik weet niks meer… Mijn naam, mijn afkomst, niks meer… Ik weet dan ook nog niet dat ik magische krachten in mij heb. Maar als ik de verhalen krijg te horen en mijn vage herinnering boven haal, begin ik te ontdekken dat ik iets van magie in me heb. Op momenten van woede of onrecht, voel ik lichtjes het branderige/gloeiende gevoel weer opborrelen. Omdat ik toch niet weet wie ik ben en waar ik vandaan kom, woon ik bij de vrouw in en help haar in haar wasserette (Willow’s Witte). Ik heb ook de naam aangenomen, zoals de vrouw mij steeds noemt in haar eigen taal: William, wat zoiets betekend als “Vastberaden Redder “. Na verloop van tijd begin ik nieuwsgierig te worden naar mijn magische krachten en oefen ik dit in mijn vrije tijd. Zo komt het, dat ik enigszins onzeker mijn verborgen krachten begin te ontdekken.

William weet dus niet wie hij is of waar hij vandaan komt. Inmiddels begint hij zijn magie te ontdekken en heeft het gevoel, dat het amulet hem daarbij helpt. Tijdens hun reis naar Regana bezoekt de groep ook de bibliotheek “The Arches”. Hier vraagt William nog aan Curator Copperear, of hij meer kan vertellen over het amulet. Hier zijn helaas geen andere boeken over te vinden. Wel vertelt Copperear, dat de engel Arthfael vaak gelinkt wordt aan Eirian, die de “Goddess of the Wild” is. Ook merkt hij op, dat het amulet niet magisch is. Hij geeft nog de hint mee, dat ze misschien in de tempel “House of Faith” meer informatie hebben en anders bij “Caerwyn’s Hand” (wat voorbij de bergen ligt). Daar ligt een tempel voor Caerwyn (de vader van Eirian).

Als de groep weer in Willowgarden is en de kleine Tree King is geplant, kunnen ze genieten van het festival “Balding Crowns”. Wanneer William ‘s avonds in zijn eentje terugloopt naar zijn huis, wordt hij aangesproken door een vreemde man in een blauwe mantel. De man geeft aan dat hij en William moeten praten. William vertrouwt het niet helemaal en loopt door, maar merkt dan ineens dat de man dezelfde persoon is als degene die Mara tegenhield toen ze het bos uit probeerde te lopen, en de mantel die hij dacht te zien verdwijnen na het gevecht met de twee Rocs. De man in de mantel vraagt William naar zijn amulet. Als William vertelt dat dit het symbool van de engel Arthfael is, reageert de man in mantel dat Arthfael  een god is die eigenlijk nauwelijks aanbeden wordt. Hij vraagt William hoe hij aan het amulet komt. William legt uit dat hij dat niet weet, en niet goed weet wie hij zelf is. Hij merkt ook op dat hij de man in mantel al twee keer eerder gezien denkt te hebben. De man vertelt William om dat te vergeten. Hij vertelt dat hij Aeron is, een engel van Heilyn. Hij herkent in William hetzelfde soort bloed als in Mara; ze lijken dezelfde goddelijke afstemming te hebben. Het is belangrijk om uit te zoeken wie William precies is. De man in mantel biedt William daarvoor zijn hulp en sturing aan. William accepteert het aanbod, en vertrekt naar huis.

Wat William zelf ook nog niet weet, maar wel sterk het vermoeden van heeft, is dat hij een (Protector) Aasimar is. Dit zou ook betekenen, dat hij niet tegen de 50 jaar oud is. Maar eerder tussen de 70 en 80 jaar.
William heeft nog aan Dr. Quaker gevraagd, of het ‘normaal’ is om vleugels uit te kunnen slaan. Waarop het antwoord was “maak je geen zorgen”. Later heeft William de dokter nog eens bezocht en deze bevestigde, dat William zich geen zorgen hoeft te maken. Er bestaan rassen, die verwant zijn aan mensen, maar deels celestial zijn. Waaronder de zogenoemde “Aasimar”.

Back to Top