Na het gevecht met de goblins zoekt de groep door naar de grot. Ondertussen vertelt Chrissy dat ze in het leger is opgegroeid, bij haar vader (een goliath). Hij is ooit gevangen genomen door een bende orcs, en tien maanden later werd Chrissy bij hem te vondeling gelegd met een briefje dat ze zijn dochter is. Het enige dat Chrissy van haar moeder heeft is haar bijl, Betsy. Ze is nu op zoek naar haar moeder. Eve vertelt dat zij ook op zoek is, maar dan naar meer volgelingen van Meredith (met wie ze persoonlijk contact heeft).
Na een tijdje komt de groep bij de grot. Om zich tegen de sporen van de paddenstoelen te beschermen hangt iedereen een natte zakdoek voor haar mond. Na een stukje de grot in te zijn gelopen komt de groep in een wat grotere ruimte, waar vier goblins kleren in een meer zitten te wassen. Als ze gillend weg proberen te rennen, brengen Eve en Rawiah ze in een magische slaap, waarna Chrissy ze veilig vastbindt zodat ze niet nog meer handlangers kunnen waarschuwen. De groep probeert meer informatie uit de goblins te halen, maar omdat Eve en Rawiah ze met de zakjes proviand van hun gestorven strijdmakkers op hun gemak proberen te stellen mislukt dat jammerlijk.
Verder de grot in ziet de groep steeds meer kleine paddenstoelen, en begint ze vreemde dingen te merken. De groep kan elkaars gedachten in hun hoofd horen, en begint zelfs te vermoeden dat het monster waar Felicia Reddington hen voor waarschuwde een hallucinatie is. Dan hoort de groep in hun hoofd de waarschuwing dat de paddenstoel een god is, dat de groep moet vertrekken en dat alle paddenstoelen één geheel vormen. Muis vertelt de mysterieuze stem dat de groep juist de god en hun verhaal wil verspreiden. Chrissy stelt voor dat de groep een deel van de paddenstoelen meeneemt en ergens anders plant, zodat er geen andere avonturiers meer naar deze grot hoeven te komen en de god met rust wordt gelaten. Daarop wordt de groep naar de leider van de goblins gebracht. Hij laat de groep paddenstoelen eten met een psychedelisch effect, en brengt de groep daarna naar de god.
De god blijkt een soort hybride vorm van een paddenstoel en een octopus te zijn. Hij was ooit zelf een avonturier. In de grot veranderde hij regelmatig in een inktvis om de diepe wateren te kunnen verkennen. Hij merkte alleen dat het terug veranderen steeds minder goed lukte, tot hij op een gegeven moment niet meer terug kon naar zijn mensachtige vorm. Het monster is duidelijk in dubio over het voorstel van de groep om een deel van de paddenstoelen ergens anders te planten: aan de ene kant wil hij de symbiose beschermen, maar aan de andere kant wil hij ook groeien en zich verspreiden. De groep weet hem helaas niet te overtuigen van haar plan, en het komt tot een gevecht met het monster. Tijdens het gevecht weet Muis heel slim een grote paddenstoel te plukken. Omdat het monster te sterk blijkt, vlucht de groep de grot uit. Daarbij rent ze dwars door de horde goblins en vlucht ze langs de vastgebonden goblins aan het begin van de grot.