Het gevaar van de stormachtige wezens lijkt te zijn geweken, maar de mast met het kraaiennest heeft een flinke optater gehad en moet gerepareerd worden. Nadat de groep kapitein Reese heeft geholpen het schip door de storm te loodsen, gaan William en Qirin op zoek naar hout om de mast te repareren. In het ruim vinden ze een paar vloerplanken die al wat los zitten, en makkelijk los te halen zijn. Op het moment dat ze terug op het dek komen en de mast willen gaan repareren, ziet Randal in de verte twee stippen vliegen. De stippen zijn duidelijk geen vogels… Coco vermoedt in eerste instantie dat het de draak uit de bergen bij Fort Gowell zou kunnen zijn, waar Ehrendil over had verteld, maar dan zou de draak wel erg ver bij de stad vandaan zijn. Om zich voor te bereiden op een mogelijke drakenaanval besluit de groep voor de zekerheid vast twee kanonnen te laden.
Eén van de twee stippen komt steeds dichterbij het schip. Het wezen heeft geen voorpoten en is dus duidelijk geen draak. Barnaby herkent een wyvern: een draakachtig wezen met een bronsrode huid en een lange staart. De wyvern krijst en komt wel heel snel dichterbij het schip… Om te proberen het wezen af te schrikken en van koers te laten veranderen schiet de groep de kanonnen af. Qirin weet de wyvern met een welgemikt schot een flinke klap te verkopen, maar Coco is minder trefzeker. Omdat William de wyvern wel heel hard weet te raken met één van zijn spreuken, is het gevecht afgelopen voordat de wyvern de groep echt problematisch weet te treffen. Helaas vliegt het monster nog boven het schip op het moment dat het de laatste klap opvangt, waardoor het lijk met een doffe dreun op het schip neerstort. De meesten weten de klap goed op te vangen, maar Barnaby en het schip zelf zijn minder gelukkig. Terwijl het bovendek en een deel van de reling krakend ten onder gaan, vliegt Barnaby met rolstoel en al overboord. Gelukkig reageert William snel en alert, en klapt hij gelijk zijn vleugels uit. Hij vliegt achter Barnaby aan en weet hem te redden voor hij de grond raakt. Alleen zijn rolstoel overleeft de aanvaring niet, en ligt nu ergens in de Ycusa Range.
Het schip blijkt door de storm flink van de koers te zijn afgedreven. Bovendien is het schip te veel beschadigd om goed door te kunnen vliegen. Barnaby en Kipper besluiten daarom dat er een veilige landingsplek gezocht moet worden, om te proberen het schip te repareren (voor zover er hout in de kale bergen te vinden is…). De groep vindt een goede landingsplaats in een dal in de buurt van Ellismar Summit. Terwijl Barnaby, Kipper en Fitzby het schip inspecteren, onderzoekt de groep de omgeving. Randal vindt sporen van grotere wezens, zoals hagedissen en grote vogels, in de buurt van het schip, en ziet dat het pad de bergen in begaanbaar is. Renlan zet ondertussen zijn zintuigen open op zoek naar een portal. Tot zijn schrik voelt hij dat er binnen een mijl hiervandaan een portal is! De groep overlegt met Barnaby. Omdat we goed hebben geholpen met het verdedigen van het schip, stelt hij voor dat wij de volgende dag de bergen in gaan op zoek naar het portal, nadat we eerst hebben geholpen met het nodige onderhoudswerk aan het schip.
We brengen de nacht in het schip door. Coco haalt de rest van de Shot of Glory tevoorschijn, en deelt de drank uit in ruil voor mooie verhalen. Kipper vertelt over zijn eerste twee reizen met Barnaby, waarop ze de eerste keer een gigantisch grote schildpad zijn tegengekomen en de tweede keer een reusachtige octopus, die het schip in zijn tentakels had gegrepen. Ineens verdween de octopus, en ze weten nog steeds niet waarom. Na de verhalen verloopt de rest van de nacht voor de meesten rustig. Alleen William heeft een bijzondere ontmoeting. Terwijl hij met Randal de wacht houdt, wordt hij bezocht door de bekende blonde Adonis in blauwe mantel. Die knoopt een gesprek met hem aan over de aanval op de wachter bij de Scions. Hij geeft aan dat William op twee benen lijkt te hinken: aan de ene kant houdt hij er wel van een paar flinke klappen uit te delen, maar aan de andere kant lijkt hij ook de groep beter te willen ondersteunen. William geeft aan dat hij inderdaad in dubio is, en dat hij nog steeds niet goed weet wie hij is. Hij is nog niet echt verder met zijn zoektocht. De Adonis raadt hem aan om verder onderzoek te doen naar het amulet om zijn nek. Daar staat het symbool van Arthfaël op, de Angel of Beasts. Misschien is er een link tussen de Angel of Beasts en Williams meer gewelddadige kant? Na het gesprek biedt de Adonis William een heupfles met alcohol aan, om vervolgens te verdwijnen. Hoewel het gesprek voor William allemaal echt lijkt te gebeuren, ziet Randal alleen maar dat William een heel gesprek in zijn eentje lijkt te voeren. Als William stil is, vraagt Randal of hij hem kan helpen. Misschien dat hij iets voor hem kan betekenen in het onder controle houden van zijn krachten?
De volgende ochtend werkt iedereen hard aan het herstellen van het schip. Fitzby weet een groot deel van de gebroken planken vakkundig te herstellen met wat magie, terwijl het roer en de masten met losse planken van de onderdekken worden gefikst. Op het eerste gezicht lijkt het alsof er niks met het schip is gebeurd. Na een halve dag is het schip weer luchtwaardig, en de Willow Watchers kunnen op zoek naar het portal. Barnaby, Fitzby en Kipper wachten in het dal. Mocht er iets gebeuren en ze moeten met schip en al vertrekken, dan kent William wel een manier om contact met ze te zoeken.
De groep vertrekt op het pad dat verder de bergen in loopt, in de richting van het signaal dat Renlan voelt. De groep houdt alles scherp in de gaten, maar merkt niks geks (ook niet aan de schaduwen, zoals in de buurt van de lair van de hag). Op een gegeven moment komt de groep aan op een open plek. Er zijn allerlei bouwwerken van rotsen te vinden, vergelijkbaar met hunebedden. Het zijn letterlijk reusachtige bouwwerken, die qua formaat prima als graf voor een reus zouden kunnen dienen. Er staan allerlei Keltisch ogende symbolen op de bouwwerken, waarvan we niet weten wat ze betekenen en die ook geen geschreven taal lijken te zijn.